De abdominale cerclage, zowel laparoscopisch als transabdominaal, wordt minder vaak gezet dan de transvaginale cerclage. Je komt voor de abdominale cerclage in aanmerking als er een verhoogd risico op cervixinsufficiëntie is in de zwangerschap of als de transvaginale cerclage geen succes heeft gehad bij een vorige zwangerschap. Soms kan het technisch ook niet mogelijk zijn om een transvaginale cerclage te plaatsen. Er wordt dan een laparoscopische of transabdominale cerclage gezet. Deze cerclages worden maar in een paar ziekenhuizen in Nederland gedaan.
Laparoscopische abdominale cerclage (kijkoperatie)
Bij deze ingreep wordt een bandje om de baarmoederhals geplaatst via een kijkoperatie. Hierbij worden 4 kleine sneetjes (0,5-1 centimeter) gemaakt in de buik om de cerclage te kunnen plaatsen. Deze cerclage wordt hoog geplaatst om de baarmoederhals, hoger dan bij een transvaginale cerclage. Een laparoscopische abdominale cerclage wordt idealiter vóór de zwangerschap geplaatst, omdat de ingreep dan technisch beter uitvoerbaar is. De ingreep kan tot circa 14 weken zwangerschap worden verricht, daarna wordt geadviseerd om dit met een open ingreep/transabdominale cerclage (middels bikini-snede) te verrichten.
Eén dag na de laparoscopische ingreep mag je weer naar huis en na circa 2 weken ben je weer geheel hersteld. De korte opnameduur en vlot herstel zijn voordelen ten opzichte van de open operatie, evenals minder pijn en geen groot litteken.
De cerclage is – net als bij de transabdominale cerclage – permanent, wat betekent dat deze niet wordt verwijderd in de zwangerschap (zoals een vaginale cerclage) en je per keizersnede zal bevallen rond de 39 weken. De cerclage kan blijven zitten bij deze keizersnede voor eventuele volgende zwangerschappen.
De laparoscopische ingreep wordt in Nederland in het Amsterdam UMC en het Erasmus MC uitgevoerd.
Transabdominale (open) cerclage
Ook bij een transabdominale cerclage wordt er via de buik een bandje om de baarmoedermond geplaatst. De baarmoeder wordt bereikt door een snede ter hoogte van de bikinilijn. Dit kan je vergelijken met een mini-keizersnede. Op die manier wordt de baarmoeder bereikt en kan het bandje wederom hoog geplaatst worden, zoals bij de laparoscopische cerclage. Een transabdominale cerclage wordt rond de 14-16 weken geplaatst tijdens de zwangerschap, omdat de baarmoeder al gegroeid is en daarmee de plaatsing nóg beter kan worden bepaald. Ook ben je bij deze termijn de periode voorbij waarin het grootste risico op een miskraam is.
Wanneer je een transabdominale cerclage hebt gekregen tijdens de zwangerschap mag je na ongeveer 4 dagen weer naar huis. Een iets langere opname dan een transvaginale cerclage dus. Ook is het herstel iets zwaarder, de operatie is vergelijkbaar met een keizersnede en je krijgt dus ook een litteken. Zwaar tillen wordt de eerste 6 weken afgeraden. Ook de transabdominale cerclage is permanent en kan dienst doen voor meerdere zwangerschappen. Deze wordt dus niet verwijderd en dit betekend dat je altijd per keizersnede zal moeten bevallen bij een zwangerschapsduur van maximaal 38 weken.
Deze ingreep wordt in Nederland in het Radboudumc in Nijmegen uitgevoerd.